Een paar zinnen over het eiland Boeroe (Molukken) uit ''De wilde groene geur'' van Beb Vuyk:
''De Bara-baai, wijd als een armzwaai, ligt open voor de deining van alle winden; bergen rijzen van het strand steil omhoog, zwaar bebost. Na de kampong Bara is het land vrijwel onbewoond, dagen ver. Soms trekken de mannen een maand de bossen in om damar (hars) te zoeken, soms kappen ze de sagobomen aan de rivieroever en wassen het merg schoon tot meel. Alleen waagt niemand zich ver in de bossen, waar de reuzenpython huist op de helling van de Tomahoe, die de heilige berg van de Alfoeren is. Donker van bossen en steil als een kraterwand stijgt zijn wand omhoog naar de platte top, waar de Alfoeren zich de hemel denken. Alleen een dode kan de hemel aanschouwen, daarom gaat de mens van dit land langs zijn hemelse berg huiverend en met afgewend gelaat.'' einde citaat.
Comments